Tijdens onze teamtrainingen is één van de meest gestelde vragen: ‘Wat als een leerling niet mee wil doen?’ In dit artikel leg ik uit hoe je de speldrempels bij leerlingen kunt verlagen tijdens je dramales en op welke manier je kunt omgaan met een leerling met spelangst.
Een eenduidig antwoord op de vraag wat te doen met een leerling die niet wil, is niet te geven. Belangrijk is voor jezelf te achterhalen waarom de leerling niet aanhaakt. Is hij net nieuw in de klas? Heeft hij een verlegen karakter en vindt hij het te spannend om voor een groep zichzelf te laten zien? Is hij bang voor gezichtsverlies tegenover de groep (dit zie je vaak in de bovenbouw)? Begrijpt hij de opdracht niet? Is hij zijn interesse in de les verloren?
Bijna iedereen heeft te maken met een speldrempel, de drempel waar je overheen moet om tot spel te komen. Het moment vlak voor je de vloer opgaat, is voor veel mensen spannend. Bij jonge kinderen is de speldrempel vaak laag. Ze kunnen makkelijk en vrij spelen, nog niet gehinderd door hun omgeving. In de bovenbouw worden leerlingen zich meer bewust van de mening van de rest van de groep en kunnen zich daardoor geremd voelen.
Dwingen om mee te doen heeft vaak een averechts effect. Dit maakt de speldrempel alleen maar hoger. Je kunt de leerling wel uitnodigen om mee te doen. Doe dit één of twee keer; vaker herhalen heeft geen zin. Een belangrijke regel in mijn les is wel dat iedereen in de kring zit. Wanneer een leerling buiten de kring aan de kant zit, kan het een onveilig gevoel geven aan de groep. Ze worden immers bekeken door ‘iemand buitenaf’. Daarnaast is de stap voor de betreffende leerling om toch weer mee te doen, veel groter als hij aan de kant zit. Vanuit de kring kun je aanwezig zijn en aandacht hebben voor de rest van de groep zonder dat je zelf actief deelneemt aan het spel.
Een aantal manieren waarop je de speldrempel bij je leerlingen kunt verlagen
- Zorg voor een veilige sfeer. Met drama kun je de sfeer in je groep verbeteren, maar je komt pas echt tot een zinvolle dramales als iedereen zich veilig voelt. Het maken van regels en afspraken helpt je hierbij. Met respect met elkaar omgaan is een voorwaarde voor een veilige sfeer.
- Bouw je dramales goed op. Direct met een kernopdracht beginnen, zoals ‘maak een pantomimescène over je vakantie’ verhoogt de speldrempel enorm. Leerlingen zijn nog niet geland in de les, in het thema, in het vak en in de spelvorm. Het geven van een goede warming-up is essentieel. Dit zorgt voor een veilige fase waarin de leerlingen kunnen aftasten en wennen aan zichzelf als speler.
- Gebruik muziek tijdens je dramales. Dit klinkt misschien vreemd, maar de juiste muziek geeft zelfvertrouwen bij de leerlingen. Bewegen of praten in een stille ruimte kan voor sommigen belemmerend werken.
- Blijf drama aanbieden. Als het vak structureel op het programma staat, kunnen de leerlingen hierin groeien en verder bouwen op hun eerdere ervaringen. Op die manier hoeven ze niet telkens die lastige horde te nemen. Pak eenzelfde oefening nog eens terug. Dit zorgt voor een succeservaring bij de leerlingen.
- Help een leerling die niet durft door hem een spelsuggestie te geven, door samen de speelvloer op te gaan of door hem te koppelen aan een ander. Wellicht durft de leerling wel iets te laten zien in samenwerking met een medeleerling.
- En vooral… heb geduld.